Hoe gevoelig ben jij?                        

Zintuig

gevoel

Benodigdheden

• een naamkaartje
• het sjabloon voor de 'prikkaart'
• lijm
• schaar
• 10 tandenstokers
• de volgende website om jouw eigen homunculus (klein mensje) te maken:
  https://www.maxplanckflorida.org/fitzpatricklab/homunculus/experiment/  
  

Stappenplan

1. Maak de prikkaart:
   - Lijm het sjabloon voor de 'prikkaart' op het naamkaartje.
   - Knip de tandenstokers in de helft door.
   - Lijm de tandenstokers op de hekjes van het sjabloon. De punten van de tandenstokers moeten 1,5 centimer uitsteken. Het is belangrijk dat de tandenstokers die een paar vormen op gelijke hoogte uitsteken.
2. Neem metingen met de prikkaart:
   - Kies een proefpersoon en laat hem zijn ogen sluiten.
   - De tester drukt telkens de twee tandenstokers die een paar vormen tegen de huid van de proefpersoon. Nadien vraag je aan de proefpersoon of hij één of twee punten voelt.
   Het is belangrijk dat de twee tandenstokers die een paar vormen op hetzelfde moment de huid van de proefpersoon raken.
   - Test het voorhoofd, de rug, de arm, de handpalm, het been en de voet van de proefpersoon.
   - Begin telkens met de grootste afstand tussen de twee tandenstokers op de prikkaart. Nadien test je de tweede grootste afstand, dan de derde grootste afstand enzovoort. Je test tot de proefpersoon aangeeft dat hij maar één van de twee punten voelt of tot je de kleinste afstand tussen de twee tandenstokers getest hebt.
   - Noteer bij elk lichaamsdeel de afstand tussen de twee tandenstokers die de proefpersoon als eerste aanvoelde als één punt of de afstand die als laatste getest werd.
   VRAAG 1: bij welke afstand voelt de proefpersoon nog maar één punt in plaats van twee?
   VRAAG 2: hoe denk je dat dit komt?
   VRAAG 3: bij welk lichaamsdeel is de afstand die je hebt opgeschreven het kleinst?
   VRAAG 4: hoe denk je dat dit komt?
3. Maak je eigen homunculus (klein mensje):
   - Ga naar de website.
   - Klik op '3. Enter the Results'.
   - Kies jouw homunculus.
   - Vul bij elk lichaamsdeel de kortste afstand in waarop jij de twee punten kon voelen.
   - Bekijk jouw homunculus (klein mensje). De homunculus toont het beeld dat jouw hersenen van jou hebben.
   VRAAG 5: welke van jouw lichaamsdelen zijn het meest gevoelig?
   VRAAG 6: welke van jouw lichaamsdelen zijn het minst gevoelig?

Deelinzicht

De hersenen reageren op informatie van onze zintuigen. Sommige lichaamsdelen hebben meer zintuigcellen dan andere en geven dus meer informatie door aan de hersenen.

Hoe minder tastzintuigen er bij elkaar liggen op één lichaamsdeel, hoe moeilijker het is om twee nabije punten als twee objecten aan te voelen. Op sommige lichaamsdelen voelen twee nabije punten dus aan als één object.

Op onze hersenschors zit een kaart van onze lichaamsoppervlakte. Die vormt het beeld dat onze hersenen van ons hebben. Dat beeld komt echter niet overeen met de ware proporties van onze lichaamsdelen. Hoe groter het aantal zintuigcellen op een lichaamsdeel, hoe gevoeliger dat lichaamsdeel is en hoe meer informatie het doorgeeft aan onze hersenen. Daardoor vormen de hersenen het beeld dat ons gezicht en onze handen groter zijn dan onze benen en onze rug.